Ik (kleine slaaf van poëzie en taal) had vroeger een poeziealbum. Iedereen die mij dierbaar was mocht daar iets in schrijven en de pagina met een paar fraaie plaatjes decoreren. Tante J. was op een goede dag ook aan de beurt, en zij schreef mij het volgende:
Ik zou je graag een toverstokje geven
Dan kon je alles hebben wat je wou
Dan waren alle kwaaltjes zo verdwenen
Als jij het stokje goed gebruiken zou
Maar eigenlijk heb jij zoiets niet nodig
Want je kunt haast alles doen vanuit jezelf
(...)
Het gaat nog verder, maar ik wil me graag even concentreren op deze zes dichtregels. Want wat heb ik daar vaak aan gedacht, de laatste tijd.
Dat ik haast alles kan doen vanuit mezelf is iets waar ik altijd naar geleefd en gestreefd heb. Ik zei weleens: "Ik kan alles, en wat ik niet kan dat ga ik nog kunnen". Maar: zelf. Altijd zelf. Soms omdat ik dat wilde, omdat er momenten zijn waarop ik het nodig heb om dingetjes eerst even uit te zoeken voordat ik ermee de boer op ga. Soms was het ook omdat het niet anders kon, omdat ik alleen wàs.
Het spreekwoordelijke leien dakje lijkt al een tijdje uit mijn leven verdwenen. Toch wilde ik nog steeds zelf. Ik kon het heus wel. Ik was het gewend: zelf, alleen, eigen kracht. Natuurlijk, ik had wel wat steuntjes in de rug, maar dat was beperkt en ook niet eeuwigdurend. Mijn eigen kracht werd hoe langer hoe meer op de proef gesteld. Het voelde steeds meer alsof ik uit een ravijn moet klimmen terwijl ik maar één arm en zere benen heb. Ik ben best een stukje hoger gekomen, maar genoeg grip heb ik niet.
Afgelopen week was het op.
In een gesprek zei ik het niet meer alleen te kunnen, niet meer alleen te willen. Ik functioneer op de reserves van mijn eigen kracht en dat is niet genoeg om uit dat ellendige ravijn te komen.
So far voor het 'alles doen vanuit mezelf'.
Of nee, niet helemaal. Het zal nog steeds vanuit mezelf moeten komen. Ik hang in dat ravijn en iemand anders kan daar niet voor mij uit klimmen.
Maar nu ik gezegd heb het niet meer alleen te kunnen, gaat er wel iets veranderen. Er komt wat meer hulp. Wat intensiever. Meer steun in de rug. Met wat aanmoediging en handen die me hopelijk toegestoken gaan worden, gaat het klimmen wellicht wat makkelijker.
Sommige woorden lijken op het eerste gezicht misschien synoniem, maar zijn dat niet echt.
Alleen is niet hetzelfde als eenzaam.
Alleen is niet hetzelfde als 'zelf'.
Het gedichtje van tante J. klopt heus wel: je kunt haast alles doen vanuit jezelf. Maar als het te groot is geworden, is het toch niet erg om wat hulp te vragen?
Zelf. Op eigen kracht. Ik heb het geprobeerd, tot het uiterste.
Maar nu ben ik opgelucht dat het even niet meer hoeft.
maandag 5 december 2011
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
U Zei?! - Deel 36
De laatste maanden verzamelde ik weer heel wat verhaspelingen. Hierbij de nieuwe lijst. Om de donkere dagen en de gedeeltelijke lockdown wat...
-
Hier een blog van de Firma 'Altijd Wat Bijzonders". Ik ging woensdag even naar de huisarts, wegens pijn in mijn schouder. Ja, en ee...
-
Ik heb weer eens een lezersvraag. De aanleiding In dolle verwondering vroeg ik me afgelopen zaterdag af hoe andere mensen (vrouwen vooral) h...
-
Iedereen kent het onsterfelijke kinderboek Pluk van de Petteflet wel, toch? Het zou zomaar kunnen zijn dat ik in de Petteflet woon. In het h...
6 opmerkingen:
Mooie blog, Anne. En wat ook goed is om te bedenken: je bent helemaal zelf tot die conclusie gekomen (dat is best een inzicht), hebt zelf besloten dat je een steuntje in je rug kan gebruiken en op eigen kracht hulp geregeld. Dus.
Besluiten om zelf op reis te gaan, houdt niet in dat je ook de boot moet bouwen of het vliegtuig moet kunnen bedienen. ;-)
veel sterkte en kracht toegewenst.
Hopelijk mogen we nog lang genieten van je blog met daarin je twijfels, je gedachten, je ...
En uiteindelijk moet je het zelf doen, maar misschien zijn er mensen die het touw willen vasthouden om je het ravijn te helpen.
Dank voor de reacties! Lief!
Berry, zo had ik er nog niet tegenaan gekeken... fijn dat je dit zegt, het helpt!
Anne, als je werk vindt, kun je daar je aandacht op richten. Dat voorkomt eindeloos gepieker en somberheid.
Een reactie posten