maandag 11 januari 2010

Winter wonder...

Ja ik weet het, ik log schandalig weinig. Maar ik verkeer in een soort winterhalfslaap. Al mijn activiteiten zijn gelabeld met kreten als “ijs en weder dienende” en “afhankelijk van het weer natuurlijk hè” en meer van dat soort nonsens. Net als het grootste deel van Nederland gedraag ook ik me alsof we op Antarctica zijn gedropt. Zonder kompas en warme dekens.

Inmiddels durf ik wel weer te fietsen en gebruik ik het weer niet meer constant als excuus om me aan het sociale leven te onttrekken. Je kan ook zeggen dat ik een beetje gewend ben geraakt aan de winter. Wel vraag ik me steeds meer dingen af. Dingen waar ik normaal nooit zo over nadenk, maar die nu ineens heel actueel zijn. Bijvoorbeeld:

  • Als mensen zeggen: “Ik heb op het ijs gestaan”, bedoelen ze: “Ik heb geschaatst”. Waarom zeggen ze dat dan niet gewoon? ‘Op het ijs staan’ visualiseer ik heel statisch, een beetje als een levend standbeeld. ‘Schaatsen’ visualiseer ik als zwieren en zwaaien en veel pret.
  • Het strooizout is op, de wegenwacht maakt overuren, bussen kunnen niet rijden, treinstellen zijn stuk en ijsbrekers moeten de vaarwegen begaanbaar houden. Dat weten we nou wel. Waar je niemand over hoort is het ongemak waar fietsers mee te kampen hebben. Zo is mijn rechterhandrem vastgevroren en klinkt mijn fiets alsof er drie kuikentjes in klem zitten. Ik ben een beetje bang dat een fiets ook kan doodvriezen.
  • Het lijkt erop dat je je meer zorgen moet maken als het KNMI geen weerwaarschuwing geeft dan als ze dat wel doen. Ter illustratie: toen ik laatst naar Utrecht wilde terwijl er geen waarschuwing was, ben ik bevend als een riet binnen gebleven, omdat het buiten werkelijk op Antarctica begon te lijken. Gisteren wilde ik weer naar Utrecht en was er wel gewaarschuwd, maar zelden verliep een treinreis zo voorspoedig. Heen én terug. Raar.
  • Ik weet dat mijn oma Den Haag ver weg vindt. Maar dat ze het beschouwt als gebied met afwijkende klimatologische omstandigheden, dat ontdek ik nu. Ze belt me ineens regelmatig op. Steeds met vragen als: “Ben je nog niet ingesneeuwd”, “Hoe erg is het daar” en “Heb je wel genoeg eten in huis”. Nu klopt het wel dat het winterweer in Zeeland altijd een beetje achterblijft (wat het leven daar heel comfortabel maakt), maar oma doet alsof zij in de Cariben zit. “Ja, hier ligt niks natuurlijk. Maar bij jou zal het wel bar en boos zijn.” Ik waardeer de bezorgdheid.
  • De Elfstedenkoorts heerscht. Hotels zijn volgeboekt en een of andere dwaas heeft al een stuk van de tocht geschaatst. Terwijl het ijs nog lang niet overal betrouwbaar is. Maar blijkbaar is ‘rustig afwachten’ te lastig. Er is zelfs al een Elfstedenhit gecomponeerd (echt een wanstaltig, gedrochtelijk kutnummer). Ik word een beetje moe van zulk overspannen gedoe. Een bepaalde dosis chauvinisme is mij ook niet vreemd, maar ik heb het gemengd met realiteitszin en er een sausje van Hollandse nuchterheid overheen gegooid. Dus ik zal wel zien. Misschien ‘giet it oan’, misschien ‘net’.
  • Tot slot de belangrijkste vraag. Hoe is het mogelijk dat ik nog steeds niets ‘heb’?! Ik bedoel: mijn reputatie op het gebied van uitglijders liegt er niet om. En nu is het glad en glibberig glijweer en blijf ik gewoon de hele tijd overeind! Ik weet zelfs al welke kleur gips ik wil (ik weet nog niet rond welk gewricht, maar anticiperen kan geen kwaad), maar er gebeurt niks. Dit kost me mijn image!

Mocht iemand antwoorden weten: ik hoor ze graag. Zo niet, dan wens ik u veel succes met alle winterse toestanden. Binnenkort volgt er vast wel weer een bericht uit de loopgraven.

Wacht nou maar gewoon geduldig af.

1 opmerking:

Anoniem zei

Dat gemiep over winter ook. Hier wordt niet echt gezeurd: -24 vannacht... nu stralende zon, terras, rosé, tja tis behelpen, ik weet t

U Zei?! - Deel 36

De laatste maanden verzamelde ik weer heel wat verhaspelingen. Hierbij de nieuwe lijst. Om de donkere dagen en de gedeeltelijke lockdown wat...